Dit woon-zorgcomplex is ontworpen als een langwerpig vierlaags volume. De hoofdtoegang wordt duidelijk herkenbaar gemaakt door een uitnodigende luifel en een aantal daarboven gelegen balkons die horen bij de woonkamers. De begane grond is de plint van het gebouw. Dat wordt herkenbaar door een horizontale band ter hoogte van de eerste verdiepingsvloer. Boven de derde verdieping wordt deze band herhaald als beëindiging naar boven toe. De gevel is van rode baksteen. De kozijnen zijn licht. De rode kleur van de baksteen verleent het gebouw ook op grijze dagen een krachtig uiterlijk. De combinatie met lichte kozijnen maakt het heel vriendelijk. Het gebouw heeft een statige uitstraling.

Vanuit de hoofdtoegang betreedt de bewoner of bezoeker het tochtportaal met aan de rechter zijde de postkasten. De volgende ruimte is de ingangshal met een pui naar de ernaast gelegen grote gemeenschappelijke woonkamer en een bank om even te wachten. Verder doorlopend bereikt men trap en lift. Voor de fietsen is naast de ingang een ruime berging, direkt van buiten toegankelijk en binnen verbonden met de middengang. De grote gemeenschappelijke woonkamer dient nader te worden ingericht. Belangrijk is de goede verbinding met de tuin. Openslaande deuren geven toegang tot het goed bezonde terras.

Op elke verdieping ligt tegenover de lift een gemeenschappelijke woonkamer. De appartementen op de verdiepingen worden ontsloten door een corridor die aan weerskanten eindigt in een vluchttrappenhuis met veel glas.

De woonkamers van de afzonderlijke appartementen hebben een frans balkon. Dat geeft veel licht en uitzicht. De ramen bij de meeste slaapkamers hebben vanaf de tweede verdieping een borstwering van 80cm. Dat geeft deze kamers een meer besloten, introvert karakter. Voor de appartementen zijn verschillende indelingen mogelijk.